picture of Bin-Jip


Zo verschrikkelijk mooi is deze nieuwe film van Kim-Ki Duk. In het melancholische en warme Bin-Jip voert hij het publiek traag mee in een prachtig verhaal over de liefde tussen een jongen en een meisje. En omdat woorden veel te vaak zeggen wat we niet bedoelen –heeft Kim Ki-Duk misschien wel gedacht– laat hij in dat verhaal de stilte spreken. De stilte die ons vooral vertelt dat het soms moeilijk is om te weten of we nu in de realiteit dan wel in een droom leven.

Poëtische boodschap dus die hij aan de hand van een eenvoudig verhaal overbrengt. Tae–Suk is een twintiger die er een nogal bizarre hobby op nahoudt. Iedere avond breekt hij namelijk ergens in een huis in en maakt van dat huis voor even zijn thuis. Hij steelt niks, maakt niks stuk, hij houdt zich gewoon bezig met telkens dezelfde zaken: de was doen bijvoorbeeld en eten maken en de ochtend nadien vertrekt hij en laat alles min of meer achter zoals het was.

Op een dag belandt hij echter in een huis dat niet bepaald leeg blijkt te zijn. Weggedoken in een hoekje volgt Sun-hwa de vreemde jongen die door haar huis sluipt. Sun-hwa zit niet meteen in dat hoekje omdat ze schrik heeft voor die vreemde indringer, wel omdat ze nog aan het bekomen is van de afranseling die ze net van haar gewelddadige man kreeg. Stilletjes volgt Sun-hwa de vreemde jongen door haar huis. Maar dan komt natuurlijk haar man thuis en die vindt de aanwezigheid van de mooie jongen net iets minder aangenaam. De stoere Tae-Suk schaakt Sun-hwa echter voor zijn ogen weg. De twee zijn voortaan een duo en, jawel, stilaan worden ze verliefd. Wat verder volgt is nog meer pure poëzie.

Poëzie die het, zoals gezegd, moet hebben van de stilte. Zonder veel woorden voel je de chemie tussen Tae-Suk en Sun-hwa. De kleine aanrakingen, een voet die onder tafel langzaam richting een andere voet schuift, de blikken, met veel vuurwerk. Maar wat nog meer is, als kijker voel je ook hoe deze twee mekaar perfect aanvoelen. Naast de liefde straalt ook een grote vriendschap van het scherm. Om jaloers op te zijn! En dan bedoel ik zowel op datgene wat deze twee met elkaar hebben als de acteerprestaties die zij hier neerzetten.

Vanzelfsprekend heeft ook de regie en het camerawerk met het overbrengen van deze emoties veel te maken. Kim-Ki Duk weet net die beelden uit te kiezen die je in één oogopslag laten voelen wat zijn personages voelen. Verder gebruikt hij ook de herhaling zowel in de acties als in de soundtrack als elementen in dit liefdesgedicht. En dit terwijl het verhaal melancholisch verder drijft met soms een lach, dan weer een traan en een steeds vager wordende tussen wat nu realiteit is en wat droom.

Dat Kim-Ki Duk het nogal voor poëzie heeft blijkt trouwens ook uit de titel van deze film. ‘Bin-Jip’, zo vertelt mijn kennis van het Koreaans en stiekem ook wel de officiële site van de film mij, betekent ‘leeg huis’. En dat mag je hier van de regisseur zowel letterlijk als figuurlijk interpreteren. Tae-Suk, die binnendringt in lege huizen maar evengoed het lege huis van Sun-hwa dat, of Sun-hwa zelf die wacht op iemand die warmte en liefde brengt.

Mensen die de film gaan bekijken en op de affiche ook ‘3-iron’ lezen, geen paniek dit is geen bizarre funky moderne filmterm die je vertelt dat de film op 3 ijzeren schermen geprojecteerd zal worden of whatever, nee dit is gewoon de Engelstalige titel voor deze film (of ben ik de enige die mij daar een fantastisch projectiemonster of zo bij voorstelde). En die 3-iron is net als Bin-Jip op zeer poëtische wijze te lezen. Zij is namelijk een dure golfstick die golfers, wegens de kostprijs van het spulletje, niet vaak uit hun golftassen boven toveren. Net zoals ook Sun-hwa door haar man, die in de film natuurlijk ook wel als een golfer voorgesteld wordt, niet vaak en al helemaal niet graag uit hun luxueuze villa wordt vrijgelaten.

Moet het nog gezegd? Ik vond dit een PRACHTFILM. Uitkijken nu naar Kim-Ki Duk’s volgende film die op het filmfestival van Cannes voor het eerst vertoond zal worden. Zouden de verdelers van de accreditatiepasjes ‘redacteur Urgent.fm’ pikken?