picture of Once Upon A Time In Mexico


Dat Robert Rodriquez nog een Mariachi-film maakte danken we aan meneer Quentin Tarantino. Op de set van “Desperado” zei hij tegen Rodriquez dat het Dollars-films zijn, verwijzend naar de westerns van Sergio Leone. Tarantino verplichtte hem de trilogie te vervolledigen met een groots epos en ook de titel die hij aanraadde “Once Upon A Time In Mexico” nam Rodriquez over. Deze film was meteen ook de ideale gelegenheid om zijn eerste widescreen film te draaien volgens een geheel digitaal principe. En daar heeft George Lucas dan weer alles mee te maken, want Rodriquez was een van de eersten die de effecten mocht bekijken uit “Attack Of The Clones”. Het gevolg is dat dit derde deel het vooral moet hebben van de speciale effecten én Johnny Depp.

Johnny Depp speelt Sands, een CIA-agent die waakt over het evenwichtig bestaan in Mexcio. Sands heeft een aantal vreemde gewoonten. Een daarvan is het neerknallen van chefs omdat ze zijn puerco pibil gewoon te lekker maken voor hun eigen goed. Tussen het eten door huurt Sands de diensten in van El Mariachi (Antonio Banderas) en zijn twee vrienden (waaronder Enrique Eglesias, jawel). Die moeten de president beschermen tegen Generaal Marquez (Gerardo Vigil) en Barillo (William Dafoe). De twee plannen immers een staatsgreep. El Mariachi kan een persoonlijke tête-à-tête met Marquez niet uit de weg gaan. De reden is, hoe kan het ook anders, een vrouw (Salma Hayek).

Een einde in mineur dat is onze conclusie over “Once Upon A Time In Mexico”. Ergens hadden we dat verwacht, want zowel “El Mariachi” als “Desperado” waren vooral visueel sterk en lieten het qua verhaal compleet afweten. Nu is het niet anders, met dat verschil dat het visuele ook minder sterk tot uiting komt. Iets wat net niet de bedoeling was. De oorzaak ligt in het digitaal filmen. Op de interessante extra’s overtuigt de oude striptekenaar ons van de vele voordelen en vertelt hij een aantal keukengeheimen. Zo had hij slechts een budget voor zo een 70-tal speciale effecten, maar dankzij het digitaal filmen was er ruimte voor 400 effecten!

De scène waarin Banderas en Hayek ontsnappen uit het hotel was voorzien in “Desparado” maar dat bleek toen financieel en technisch niet haalbaar. Dankzij de digitale ontwikkelingen heeft Rodriquez deze actiesequentie heropgevist. Een ander voordeel van goedkoop filmen en het goed doen aan de box office, is dat je meer creatieve vrijheid krijgt van de filmstudio. Rodriquez is het soort filmmaker dat alles ziet of hoort nog voordat het op het scherm verschijnt. Hij heeft alles graag onder controle. Zo liet hij zijn eigen garage ombouwen tot een montagestudio waar hij kan experimenteren met speciale effecten en waar hij muziek kan opnemen. Dat alles zou niet mogelijk zijn indien hij in Hollywood zou wonen. Nu kan hij alles rustig van op een afstand bekijken en de logica ervan zien. Al vertaalt hij dat in een surrealistisch beeld van Mexico. Maar Rodriquez ziet evenwel niet in dat hij net door het digitaal filmen en de overdaad aan speciale effecten de echtheid, de menselijkheid, de ziel en de overtuigingskracht van zijn film verliest. Hij besteedt te weinig aandacht aan het scenario en de acteurs. Met als gevolg dat Johnny Depp makkelijk met alle lof gaat lopen, al kan hij aan het einde van de film niet meer zien naar waar hij loopt.

De extra’s:

- 10 min. flick school
- Inside Troublemaker Studio (11 min.)
- 10 minute cooking school
- Film is dead (13 min.)
- A anti-hero’s journey (18 min.)
- The good the bad and the bloody (19 min.)
- Trailers