picture of Sun Kil Moon@Handelbeurs

De melancholie van Mark Kozelek van Sun Kil Moon had gisteren (24/03/14) genoeg depressiviteit in zich om de Arteveldestad te verduisteren. De vader van de slowcore kent al jaren een grote populariteit in de alternatieve scene en liet dan ook zonder veel moeite de Handelbeurs vollopen. Naambekendheid genoeg voor deze Amerikaan, maar was het ook goed? Ik kwam met zeer gemengde gevoelens buiten.


Dat Mark Kozelek een grote meneer is moet je bij niemand die hem een beetje kent nog beargumenteren. Eind de jaren 80 zorgde hij met Red House Painters voor een hoogtepunt in de muziekgeschiedenis door het slow/sadcore genre te lanceren. Een reeks prachtige albums volgde en toonzettende bands als Low putten zoals vele anderen inspiratie uit deze groep. Kozelek startte in 2001 solo als Sun Kil Moon en bouwde voort op een verdiende reputatie. Aan zijn zesde album ‘Benji’ dat hij gisteren kwam voorstellen, werkten artiesten als Will Oldham (Bonnie Prince Billy) en Steve Shelley (Sonic Youth) mee. Dat Democrazy en de Handelsbeurs gisteren speciaal bezoek kreeg, is dus duidelijk.


Een rustig dimlicht liet op de sobere opstelling een gezellige sfeer uitstralen, toen het optreden begon als een charmant duo. Hoewel er spijtig genoeg geen Shelley op podium zat en de zonnebril van de drummer al na 1 seconde tot het meest ongepaste kledingstuk van de avond werd uitgeroepen, was het hoogtepunt van het optreden achteraf bekeken na het eerste nummer al bijna bereikt. De drummer deed op zich niets speciaal, maar gaf wél een waardige aanvulling op het originele gitaarspel van Kozelek. De eerste minuten dat Kozelek met zijn diepgravende stem tot in je geest reikt, is confronterend. Er zijn weinig zangers die op zo’n natuurlijke manier met enkel een stem voor een directe ervaring van bescheiden en oprechte schoonheid zorgen. Ook op zijn gitaarwerk, dat mij zelfs soms heel even aan mijn grote held Nick Drake deed denken, is op zich weinig aan te merken. Het typische unieke geluid van zijn slowcore werd met een fijne nonchalance bewerkt en kwam goed over.


Als er dan toch niets op aan te merken was, waarom was de hele avond dan niet één groot hoogtepunt? Wel, voornamelijk omdat ik kan wedden dat de helft van de zaal niet goed wist wat hij of zij van het optreden moest denken. Lag het aan het feit dat de fijne nonchalance na enkele nummers overging in een sarcastische arrogantie of was het optreden gewoon veel te langdradig en saai? De teksten van Kozelek zijn enorm oprecht en erg mooi, maar de eentonigheid van zijn stem wordt na 2u en half (!) behoorlijk irriterend en slaapverwekkend. Met de aanvulling van een tweede gitarist en een keyboard zou je denken dat er wel enige afwisseling zou volgen, maar dit gebeurde helaas niet. De andere muzikanten stelden niet veel voor, zeker niet in vergelijking met het sterke gitaarspel van Kozelek. Dat een man uit het publiek op een bepaalde moment ‘boring’ riep is jammer, maar ik kan hem geen ongelijk geven.


Ook wanneer de Darth Vader reverb (om het in zijn woorden te zeggen) ervoor zorgt dat het belangrijkste deel van zijn gezang onverstaanbaar wordt verdwijnt het grootste deel van zijn muziek in het niets. Als Kozelek dan vraagt om de reverb nog harder te zetten, is de fun er helemaal af. De manier waarop hij het publiek en zijn muzikanten bespot maakt het er niet beter op. Door tijdens de stiltes tussen de nummers de mensen die foto’s trekken meermaals uit te schelden en een man op de voorste rij letterlijk als lelijk te bestempelen, creëerde hij een wel zeer ongemakkelijke cynische sfeer in de zaal. Het gevolg was dat op einde van het concert al zeker een kwart van de mensen huiswaarts was gekeerd.


Hoe geniaal de albums ook zijn, gisteren liep er veel mis. Naast de arrogantie vergat hij ook nog een stuk tekst en lachte hij meermaals met de onkunde van de andere muzikanten. Hij lijkt dan wel oprecht in zijn muziek, naast het podium is Kozelek volgens mij vooral een onaangenaam persoon om in gezelschap te hebben. Muzikaal werd het vooral interessant met Carissa en Dogs maar de te lange bisronde en het in medelijden gedrenkte toneeltje van Kozelek zorgde dat ik echt zin kreeg om weg te gaan. Een beetje zielig toch, niet? Ik wachtte nog geduldig op een pareltje als Alesund of de mooie single Ben’s My Friend, maar dit was niet de juiste avond. Ik blijf met veel plezier de albums van Kozelek luisteren, maar ik denk dat het nog een hele tijd ga duren voor ik terug de zin vind om hem in het echt bezig te zien. Ik kan mij perfect voorstellen dat Kozelek op een dag ook live een gevoelige en schone snaar in mij kan aanraken, maar dat deed hij jammer genoeg deze avond niet.



Tomas Serrien